Mira zweefde half toen hij piano speelde, met haar ogen dicht. Dansend in haar hoofd. Als er verder niemand was geweest had ze misschien wel gedanst, misschien. Dat was wel het fijne van Ayao, er waren zat plekken waar niemand kwam, waar je alleen kon zijn zonder iemand je zag. Tenminste, door het duister kreeg je het gevoel dat niemand je zag. Mira wist ook wel dat de Ayaonen prima in het donker konden zien.
De piano stopte met geluid maken, de jongen eigenlijk, Mira zuchtte inwendig. Ze opende haar ogen pas toen hij wat zei. Ze nam aan dat hij hoi had gezegd. Ze opende haar ogen en mompelde iets terug dat je als een hoi op zou kunnen vatten en ze keek naar de grond.